one publication added to basket [111043] | Levensgeschiedenis, habitat en zonatiepatronen van de Agaatpissebed (Eurydice pulchra) (Crustacea: Isopoda: Cirolanidae) op Belgische stranden
Vandewalle, S. (2007). Levensgeschiedenis, habitat en zonatiepatronen van de Agaatpissebed (Eurydice pulchra) (Crustacea: Isopoda: Cirolanidae) op Belgische stranden. MSc Thesis. Universiteit Gent. Faculteit Wetenschappen: Ghent. 122 pp. |
Keywords | Habitat Life history Littoral zonation Population dynamics Cirolanidae Dana, 1852 [WoRMS]; Eurydice pulchra Leach, 1816 [WoRMS]; Isopoda [WoRMS] ANE, Belgium, Middelkerke, Lombardsijde [Marine Regions]; ANE, Belgium, Middelkerke, Middelkerke-Bad [Marine Regions]; ANE, Belgium, Nieuwpoort, Nieuwpoort-aan-Zee [Marine Regions]; ANE, Belgium, Oostende [Marine Regions] Marine/Coastal |
Abstract | Hoewel zandstranden vaak beschouwd worden als biologische woestijnen, vormen zeeen belangrijke overgangszone tussen het mariene en het terrestrische milieu. Dit zandstrandecosysteem wordt echter bedreigd door verscheidene antropogene factoren, waaronder strandsuppleties, die dienen als alternatieve kustverdediging.Om de ecologische effecten van strandsuppletie op het macrobenthos na te gaan, werd in deze scriptie de populatiedynamiek van Eurydice pulchra, een intertidale pissebed onderzocht. Tevens werden aan de hand van laboratoriumexperimenten de habitatpreferentie en -tolerantie van deze soort bestudeerd. De bedoeling is om de bekomen kennis te gebruiken bij het optimaliseren van de praktische uitvoering van strandsuppleties. Voor het populatiedynamische luik werden vanaf oktober 2003 tot en met oktober 2004 maandelijkse stalen verzameld op vier stranden langs de Belgische kust: de stranden Lombardsijde (t.h.v. het Vlaams natuurreservaat “de Ijzermonding”) en Oostende-Bad, die na deze periode zouden worden opgespoten, en de controlesites met vergelijkbare morfodynamische kenmerken, respectievelijk Nieuwpoort-Bad en Middelkerke. Bij E. pulchra bedraagt de levensduur naar alle waarschijnlijkheid 2 jaar. Net zoals Fish (1970) konden verscheidene stadia in de marsupiale ontwikkeling herkend worden. Rekrutering treedt eenmaal op tijdens het jaar, in juli, voorafgegaan door een reproductieperiode in april. In de winter treedt haast geen groei op bij de individuen, maar daar komt verandering in vanaf de lente. Voor E. pulchra kon geen offshore migratie aangetoond worden tijdens de winter. Opvallend is dat in de populatie meer vrouwtjes aanwezig zijn dan mannetjes. In vergelijking met de mannetjes nemen vrouwtjes een bredere zone in op het strand. Hetzelfde kan gezegd worden over de adulten versus de juvenielen. Alle onderzochtestranden blijken even productief te zijn wat betreft E. pulchra.In het experimentele luik werden, ter bepaling van de habitatpreferentie, sedimentselectieexperimenten uitgevoerd ten opzichte van verschillende korrelgroottes. De habitattolerantie van . pulchra werd onderzocht aan de hand van mortaliteit onder verschillende habitatcondities (korrelgrootte en slibconcentratie).Uit de experimenten volgt dat E. pulchra tamelijk grove sedimenten verkiest (355-500 µm) terwijl hij heel fijne of heel grove sedimenten niet tolereert. Sediment met 5% slib zorgt voor de minste mortaliteit. |
Dataset | - Life history, habitat and zonation patterns of the Speckled Selouse (Eurydice pulchra) (Crustacea: Isopoda: Cirolanidae) on Belgian beaches, more
|
|