one publication added to basket [365145] | Sigmaplan – Gereduceerde Getijdegebieden- Wal-Zwijn: dimensionering dijkbekleding Scheldedijken
Verelst, K.; Visser, K.P. (2023). Sigmaplan – Gereduceerde Getijdegebieden- Wal-Zwijn: dimensionering dijkbekleding Scheldedijken. Versie 2.0. WL Rapporten, 22_037_1. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. VII, 27 + 24 p. bijl. pp. https://dx.doi.org/10.48607/187 Part of: WL Rapporten. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. , more | |
Available in | Authors | | Document type: Project report
|
Keywords | Design Hydraulic structures > Dikes, shores and other flood defenses > Erosion protection Literature and desktop study Topographic features > Banks (topography) > Embankments > Levees
| Author keywords | |
Contact detailsProposer: De Vlaamse Waterweg , more
Abstract | Omwille van financiële redenen heeft de Vlaamse Waterweg Regio Centraal de lengtes van de voorziene overloopdijken verkort in de toekomstige GOG-GGG’s Wal en Zwijn. Daardoor zijn er in het Noorden en het Zuiden van de GOG-GGG’s gedeeltes van de bestaande Scheldedijken die behouden blijven en niet omgevormd worden tot overloopdijken. Het ontwerp van de dijkbekleding van de ringdijken en de overloopdijken is in het verleden reeds uitgevoerd. De Vlaamse Waterweg vraagt aan het Waterbouwkundig Laboratorium of er aan GOG-zijde van de resterende gedeeltes Scheldedijken in het nieuwe scenario breuksteen voorzien moet worden, en indien dit het geval is, tot welk peil deze breuksteenbekleding dient aangebracht te worden. Hiervoor zijn vooreerst de optredende hydraulische belastingen bepaald. Aan polderzijde zijn golfhoogte en piekperiode van windgolven in het GOG-GGG de maatgevende hydraulische belastingen, aan Scheldezijde de golfhoogte en de piekperiode van windgolven op de Schelde en de stroomsnelheid ten gevolge van de langsstroming in de Schelde. Met behulp van deze hydraulische belasting is vooreerst de benodigde dijkbekleding aan polderzijde van de Scheldedijk voor beide GOG-GGG’s bepaald. Voor GOG-GGG Wal volgt hieruit dat voor één dwarsprofiel een breuksteenbekleding nodig is met een beperkte hoogte van 0.70 m boven het maaiveldpeil. Voor GOG-GGG Zwijn is een breuksteenbekleding tot het kruinpeil nodig voor dwarsprofielen DWP5 tot en met DWP8. Uit overleg met DVW blijkt dat ook een verflauwing van het talud aan polderzijde van de dijk voor deze dwarsprofielen een optie is. Bij verflauwen van de taludhelling aan polderzijde naar 12/4 is voor deze dwarsprofielen geen breuksteen nodig bij een terugkeerperiode 1000 jaar van de windsnelheid. Bij de hogere terugkeerperiodes 2500 jaar en 4000 jaar wordt eenzelfde hoogte van de breuksteen berekend als bij de bestaande taludhelling 8/4. Bij verflauwen van de taludhelling naar 16/4 volgt dat de grasbekleding kan volstaan om te weerstaan aan golfklap ten gevolge van windgolven. Uit de dimensionering van de breuksteensortering volgt dat voor het één dwarsprofiel bij GOG-GGG Wal een breuksteensortering 5-40 kg nodig is. Voor GOG-GGG Zwijn volgt dat voor dwarsprofielen DWP5 tot en met DWP8 en een taludhelling 8/4 aan polderzijde een breuksteensortering 40-200 kg nodig is. Bij een taludhelling 12/4 aan polderzijde is een breuksteensortering 15-120 kg nodig om te weerstaan aan golven gegenereerd bij een windsnelheid met terugkeerperiode 4000 jaar. Om te weerstaan aan golven gegenereerd bij een windsnelheid met terugkeerperiode 1000 jaar is een breuksteensortering 10-60 kg nodig. Zowel voor GOG-GGG Wal als voor GOG-GGG Zwijn geldt dat de dwarsprofielen waarvoor breuksteen nodig is gelegen zijn op de dijk tussen het GOG-GGG en de Schelde. Deze dijk is geen primaire kering. Indien bezwijken van de bekleding optreedt, kan er enkel erosie van het dijklichaam zelf optreden. Daarnaast betreft het hier een conservatieve benadering aangezien de mogelijke begroeiing in de polder bij de berekening van de golfhoogte en de golfperiode in de polder niet beschouwd wordt. Eventuele bomen, struiken of riet in het gebied kunnen zorgen voor een verlaging van de golfhoogte. Omwille van bovenstaande redenen kan besloten worden dat voor GOG-GGG Wal de huidige grasbekleding kan volstaan en dat voor GOG-GGG Zwijn de breuksteenbekleding mogelijk kan weggelaten worden. Daarna is voor de volledigheid de dimensionering van de dijkbekleding aan rivierzijde van de Scheldedijk uitgevoerd, zowel voor GOG-GGG Wal als voor GOG-GGG Zwijn. Hieruit volgt dat een grotere breuksteensortering nodig is om te weerstaan aan de langsstroming in de Schelde dan om te weerstaan aan golfklap ten gevolge van windgolven. Om te kunnen weerstaan aan de langsstroming is in beide GOG-GGG’s een breuksteenbekleding van 5-40 kg benodigd op het talud aan rivierzijde van de Scheldedijken. |
|