Monitoring van het SBZ-V ‘3.2 Poldercomplex’
Courtens, W.; Verbelen, D. (2006). Monitoring van het SBZ-V ‘3.2 Poldercomplex’, in: Eindrapport monitoring SBZ-V "Kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist" en SBZ-V "Poldercomplex": resultaten van het eerste jaar. Adviesnota INBO, IN.A.2006.8: pp. 31-76 In: (2006). Eindrapport monitoring SBZ-V "Kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist" en SBZ-V "Poldercomplex": resultaten van het eerste jaar. Adviesnota INBO, IN.A.2006.8. Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek: Brussel. 64 pp., more In: Adviesnota INBO. Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO): Brussel, more |
Abstract | Bij Besluit van de Vlaamse Executieve van 17.10.1988 werd een deel van de Oostkustpolders aangewezen als speciale beschermingszone in de zin van artikel 4 van Richtlijn 79/409/EEG (Vogelrichtlijn) en bevestigd via het Decreet Natuurbehoud (artikel 36bis, § 13): het SBZ-V ‘3.2 Poldercomplex’. Dit vogelrichtlijngebied is 9766 ha groot en omvat enerzijds een deel van de achterhaven van Zeebrugge - de zogenaamde Dudzeelse Polder -, anderzijds valt hier ook 9591 ha poldergebied onder. In de oorspronkelijke aanduiding lag 456 ha van het achterhavengebied binnen het vogelrichtlijngebied. Bij Besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2000 werd beslist om een gedeelte van de achterhaven uit de SBZ-V te lichten, teneinde de haven verder te kunnen ontwikkelen. In hetzelfde Besluit werden gebieden met een totale oppervlakte van 520 ha als uitbreiding aan de speciale beschermingszone ‘Poldercomplex’ (artikel 1 BVR 17/07/2000, BS 31/08/2000) toegevoegd. Deze gebieden kunnen door actieve natuurontwikkelingsmaatregelen aangepast worden als compenserende gebieden. Voor deze natuurontwikkelingsmaatregelen werd een taakverdelingsmatrix opgesteld waarin alle compensaties zijn opgenomen. In opdracht van de Afdeling Maritieme Toegang van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (Vlaamse Gemeenschap) is het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek verantwoordelijk voor het uitvoeren van een monitoringplan dat de maatregelen opgenomen in de taakverdelingmatrix toetst. Dit project startte op 1 juli 2005. Dit rapport geeft de resultaten van het tweede onderzoeksjaar (juli 2006 - juni 2007). Het project wordt uitgevoerd in samenwerking met Natuurpunt vzw. Hierbij is het INBO verantwoordelijk voor de wetenschappelijke opvolging en rapportage en voeren de vrijwilligers (41 in totaal) van de Vogelwerkgroep NW-Vlaanderen (Mergus-vogelwerkgroep), de Werkgroep Uitkerkse Polders en de Vogelwerkgroep Middenkust het leeuwendeel van de broedvogelinventarisaties en watervogeltellingen uit. Het werk van de vrijwilligers wordt gecoördineerd door een professionele kracht, Dominique Verbelen van Natuurpunt vzw. |
Dataset | - Geese data monitoring poldercomplex, more
|
|