Skip to main content

IMIS

A new integrated search interface will become available in the next phase of marineinfo.org.
For the time being, please use IMIS to search available data

 

[ report an error in this record ]basket (1): add | show Print this page

Haven van Zeebrugge: invloedsfactoren op de ligging van de top van de sliblaag in het CDNB
Dujardin, A.; Vanlede, J.; De Mulder, T.; Mostaert, F. (2007). Haven van Zeebrugge: invloedsfactoren op de ligging van de top van de sliblaag in het CDNB. WL Rapporten, 643_10. Waterbouwkundig Laboratorium/Haecon: Antwerpen. IV, 22 + 61 p. bijlagen, cd-rom pp.
Part of: WL Rapporten. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. , more

Available in  Authors 
Document types: Final report; Project report

Keywords
    Hydraulics and sediment > Hydrodynamics > River flow
    Hydraulics and sediment > Hydrodynamics > Tides
    Hydraulics and sediment > Hydrodynamics > Waves 
    Hydraulics and sediment > Sediment > Cohesive sediment
    Literature and desktop study
    Nautical bottom
    Sediments > Clastics > Silt
    ANE, Belgium, Brugge, Zeebrugge Harbour [Marine Regions]
    Marine/Coastal

Contact details

Proposer: Vlaamse overheid; Beleidsdomein Mobiliteit en Openbare Werken; Vlaams Ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken; Departement Mobiliteit en Openbare Werken; Afdeling Maritieme Toegang, more


Authors  Top 

Abstract
    De haven van Zeebrugge wordt gekenmerkt door het voorkomen van een vloeibare sliblaag.Onderzoek heeft uitgewezen dat deze sliblaag tot op zekere diepte doorvaarbaaris. In Zeebrugge wordt deze grens, de nautische bodem, sinds 2005 op het densiteitsniveau1.20ton/m33. De210kHz-reflector wordt als de top van de sliblaag beschouwd, aangezien deze meestalovereenkomt met de overgang van zuiver (zee)water naar water met een zekere sedimentconcentratie.Dit rapport beschrijft het onderzoek naar mogelijke invloedsfactorenop de ligging van zowel de top van de sliblaag als de nautische bodem. Een beter begripvan deze factoren kan toelaten maatregelen te treffen tegen de aanslibbing en de baggerinspanningente verlagen.
    Voor de periode 1999 tot en met 2005 werd een dataset bekomen van 106 peilkaarten,wekelijkse baggerintensiteitskaarten van het Centrale Deel van de Nieuwe Buitenhaven(CDNB), zoetwater aanvoer via het Afleidingskanaal van de Leie, wind- en golfgegevens.Statistische analyse op basis van weekgemiddelde baggerhoeveelheden, aangroeisnelheidvan de sliblaag onder de nautische bodem, ligging van de top van de sliblaag, zoetwateraanvoer,windsterkte en significante golfhoogte leverde slechts zeer lage correlatiecoëfficiëntenop. Dit wordt geweten aan het gebruiken van weekgemiddelde hydrometeodata(maskeren van zeer kortstondige gebeurtenissen zoals stormen), de beperktekennis van de precieze, wekelijkse ligging van de top van de sliblaag en de aangroeisnelheidvan de nautische bodem door de variabele tijdspanne tussen twee peilingen en demenselijke beslissingen in verband met het al dan niet baggeren (niet overschrijden vanhet streefpeil, dringendheid, beschikbaarheid baggertuigen). Seizoenale trends zijn echterwel merkbaar in de data.
    Specifiek gerichte meetcampagnes en peilingen, in combinatie met numerieke modellering,kunnen een beter inzicht geven in de manier waarop de natuurlijke sedimentatieprocessen binnen de haven werken.

All data in the Integrated Marine Information System (IMIS) is subject to the VLIZ privacy policy Top | Authors