Chinese wolhandkrab - Eriocheir sinensis. Niet-inheemse soorten van het Belgisch deel van de Noordzee en aanpalende estuaria
VLIZ Alien Species Consortium (2011). Chinese wolhandkrab - Eriocheir sinensis. Niet-inheemse soorten van het Belgisch deel van de Noordzee en aanpalende estuaria. Revisie. VLIZ Information Sheets, 15. Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ): Oostende. 6 pp. Part of: VLIZ Information Sheets. Flanders Marine Institute (VLIZ): Oostende, more Related to:VLIZ Alien Species Consortium (2008). Chinese wolhandkrab - Eriocheir sinensis. Niet-inheemse soorten van het Belgisch deel van de Noordzee en aanpalende estuaria. VLIZ Information Sheets, 15. Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ): Oostende. 6 pp., more VLIZ Alien Species Consortium (2020). Eriocheir sinensis - Chinese wolhandkrab, in: Verleye, T. et al. Niet-inheemse soorten in het Belgisch deel van de Noordzee en aanpalende estuaria. VLIZ Special Publication, 86: pp. 205-211, more | |
Keywords | Taxa > Species > Introduced species Eriocheir sinensis H. Milne Edwards, 1853 [WoRMS] ANE, Belgium [Marine Regions] Marine/Coastal; Brackish water; Fresh water |
Project | Top | Author | - Niet-inheemse soorten in het Belgisch deel van de Noordzee en omliggende estuaria, more
|
Author | | Top | - VLIZ Alien Species Consortium, more
| | |
Abstract | Deze krab met wollige scharen komt reeds vanaf 1933 in België voor. Zoals de naam al doet vermoeden is ze oorspronkelijk afkomstig uit het verre oosten (China, Korea) en werd ze vermoedelijk meegebracht naar Europa als larve in ballastwater van schepen. Vanuit de rivier Aller in Duitsland, waar ze waargenomen werd vanaf 1912, heeft de soort zich verspreid doorheen Noord- en West-Europa en recent ook in Portugal. De Chinese wolhandkrab leeft voornamelijk in rivieren, maar trekt in de late zomer massaal zeewaarts om te broeden in het brakke deel van riviermondingen. De eierdragende wijfjes brengen de winter door in zee en komen in de lente terug naar het brakke deel van estuaria om er de larven in het water vrij te laten en verder te laten ontwikkelen tot juveniele krabbetjes. Later trekken deze dan weer geleidelijk de rivieren, stromen en kanalen op, waar ze hun levenscyclus voltooien. |
|