Vispassages op de Bovenschelde te Asper, Oudenaarde en Kerkhove
Meersschaut, Y.; De Charleroy, D.; De Nayer, B. (1998). Vispassages op de Bovenschelde te Asper, Oudenaarde en Kerkhove. Infrastruct. Leefmilieu 4: 269-302 In: Infrastructuur in het leefmilieu. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Departement Leefmilieu en Infrastructuur: Brussel. ISSN 0779-7001, more |
Keywords | Behaviour > Migrations Fauna > Aquatic organisms > Aquatic animals > Fish Guiding devices > Fishways Models > Scale models Physics > Mechanics > Hydraulics Structures > Hydraulic structures > Barrages > Weirs Belgium, Bovenschelde, Asper [Marine Regions]; Belgium, Bovenschelde, Kerkhove [Marine Regions]; Belgium, Bovenschelde, Oudenaarde [Marine Regions] Fresh water |
Authors | | Top | - Meersschaut, Y., more
- De Charleroy, D., more
- De Nayer, B.
| | |
Abstract | In een beslissing van de regeringen van de Benelux van 1996 wordt de vrije migratie van vissoorten in alle hydrografische stroomgebieden verzekert tegen 1 januari 2010. Bij het vernieuwen van de stuwen op de Bovenschelde te Asper, Oudenaarde en Kerkhove wordt daarom de nodige ruimte voorzien voor het aanleggen van vispassages.Op basis van hct literatuuronderzoek blijkt dat voor de vispopulatie in dit gebied, met eerder zwakke zwemmers, alleen een V-vormige vistrap en een nevengeul stromingscondities in de vispassages genereren, die toelaten dat de vissen kunnen migreren, De literatuur biedt echter onvoldoende kennis over een juiste lokalisering van de ingang van de vispassage t.o.v. de turbulente zone van de stuwuitstroom en over de wijze waarop een voldoende groot lokstroomdebiet kan verwezenlijkt worden. In het Waterbouwkundig Laboratorium te Borgerhout werd een schaalmodel (1/10) gebouwd van de nieuwe stuwen en het afwaarts pand van de stuwgeul. Door het Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer werden hierin tientallen vissen van vier verschilIende soorten uitgezet en gedurende weken werd hun gedrag gevolgd. De proeven lieten toe om af te leiden dat de ingang van de vispassage tussen 20 en 30 m afwaarts van de stuw dient gebouwd te worden. De beste manier om een lokstroom te creëren bestaat erin om tussen de vispassage en het afwaartse pand een strekdam te voorzien welke een nauwe opening laat over de ganse diepte van de rivier. Het nodige debiet om de vissen deze ingang te doen gewaarworden, bedraagt 10 à 15 % van het meest voorkomend debiet van de rivier. Dit komt neer op 2,5 m3/s overeenkomstig het hydraulisch regime van de Bovenschelde. |
|